Van Afval Naar Grondstof in de horeca: Albron The Green House


The Green House is de Circulaire Economie-proeftuin van Albron. Horecabedrijven met een zo laag mogelijke negatieve impact voor mens en milieu, en met een focus op beleving en inspiratie. Een uitnodiging aan iedereen, leveranciers en klanten, om te experimenteren en te ervaren. Bekijk de praktische voorbeelden en beluister het verhaal van een inspirerende zoektocht.

Video The Green House. Van afval naar grondstof in de horeca
video: mp4

The Greenhouse
Van afval naar grondstof in de horeca

Ernest van der Voort
Directeur marketing en concept Albron

Binnen de Albron organisatie is het initiatief ontstaan, om met The Green House aan de slag te gaan.

Albron is een organisatie die actief is in bedrijfscatering.
Ongeveer 4500 medewerkers, 900 locaties en verstrekken ongeveer 250.000 maaltijden per dag.

The Green House is een broedplaats rondom circulariteit.
Waar eigenlijk iedere dag volop activiteiten zijn om mensen bewuster te maken van het belang van circulariteit.
En het feit dat onze resources uitgeput raken.
DE KEUKEN IS STEKKERLOOS. DIT HOUDT IN DAT WE VERWARMEN MET TRADITIONELE METHODES.
In The Green House bestaat het principe afval niet.

Of heel simpel gezegd, wij focussen ons op re-duce, re-use en re-cycle.

Een aantal belangrijke voorbeelden daarvan is bijvoorbeeld de stoel waar ik nu op zit die gemaakt is van 17 PET flessen die gevangen zijn in de grachten van Amsterdam.

Urban Mining betekent dat je de straat op gaat om te kijken wat er allemaal nog op straat ligt dat je kan hergebruiken.

Drie vergaderzalen hebben we ingericht met meubels die van de straat komen in een middag waren we klaar.

Dit zijn oude deuren, keukendeuren uit een slooppand in Utrecht.

Iedereen van de marketing afdeling heeft een oude spijkerbroek ingeleverd waar we vervolgens theemutsen van gemaakt hebben.

Dit geldt ook voor de bar en voor de keuken.
Allemaal hergebruikt.

Als je aan zo een reis begint als deze dan komen er enorm veel problemen op je af.

En daar hoort uiteindelijk ook bij dat je faalt.
Je faalt op heel veel dingen.
Er zijn voorbeelden te noemen:
de composteer machine die het gewoon een week of twee niet doet.
Omdat de bacteriën die er in zitten allemaal dood zijn gegaan.
Omdat we per ongeluk er iets in hebben gestopt wat het niet doet.

We hebben beneden een vloer liggen gemaakt van steentjes.
En die steentjes zijn een fantastische manier voor muizen om het pand binnen te komen.
Zeker als je je realiseert dat er tussen die steentjes eten blijft liggen wat mensen morsen.
En zo komen er zo ontzettend veel dingen naar voren waarvoor je iedere keer weer een oplossing moet vinden.

ONS BROOD BESTAAT VOOR 30% UIT BIERBORSTEL. EEN AFVALPRODUCT BIJ HET BIERBROUWEN.

Zijn opdrachtgevers bereid om op een andere manier na te denken over hoe eten en drinken aan hun collega's, medewerkers of gasten geserveerd wordt?

Zijn ze bereid om de prijs te betalen, de offers te brengen die er voor nodig zijn om uiteindelijk datgene wat op het buffet ligt te veranderen?

Gaat het over de laagste prijs of gaat het uiteindelijk om de beste beweging?

Dit initiatief moet uiteindelijk opdrachtgevers inspireren om met ons de keuze te maken juist andere dingen te gaan doen.

Zij moeten de keuze maken om dat te doen en wij moet de opties aanleveren die een vervanging kunnen zijn voor datgene wat we vandaag doen.

Dat kan eigenlijk alleen maar vanuit inspiratie.

Want wat wij omzet noemen, dat noemen onze opdrachtgevers kosten.
En die kou moet uit de lucht.

ONZE BIERTANKS WORDEN HERVULD ZODAT WE GEEN EMBALLAGE HEBBEN EN DUS GEEN TRANSPORT.

Wij nodigen juist en dagen juist onze contractleveranciers uit zoals bijvoorbeeld een Heineken, Unilever of Friesland Campina om dit te gebruiken als een podium voor hun activiteiten.

Als wij hun een beetje meer duurzamer of circulairder kunnen maken dan raken we uiteindelijk een enorme hoeveelheid consumenten.

Als je wilt zorgen dat de top van jouw organisatie aangesloten blijft dan moet je er niet voor zorgen dat de hele top is aangesloten.

Maar je moet minimaal zorgen dat je één sponsor hebt.
Die er voor zorgt dat hij jou heilig vuur verdedigt en vertegenwoordigt.

Daar waar de beslissingen genomen worden.

Het gaat niet over die dingen doen die niet mogen, het gaat uiteindelijk over de randen opzoeken van wat de organisatie gewend is te doen.

Op het moment dat je die overschrijdt is het game over.

Zolang jij op de lijn blijft is het spel nog steeds aan.

Meer informatie?
Kijk op: vangbuitenshuis.nl

Een productie van Rijkswaterstaat in samenwerking met:
The Green House en Albron
©2020